Sinds 2020 ondersteunt de taskforce governance het living lab Schouwen-Duiveland. Inmiddels worden de eerste resultaten van het living lab zichtbaar; stuwtjes en bassins zijn aangelegd, er wordt geëxperimenteerd met innovatieve vormen van infiltratie en drainage, en steeds meer akkerbouwers passen niet-kerende grondbewerking toe. Nu deze resultaten zichtbaar worden, krijgen wij als taskforce governance steeds vaker de vraag, waarom is het living lab Schouwen-Duiveland een succes en wat kunnen wij hiervan leren? Dit artikel gaat over de kracht van het living lab Schouwen-Duiveland.
Een living lab is levend
Het eerste dat opvalt in het living lab Schouwen-Duiveland, is dat het geleidelijk van onderop is ontstaan. Er waren persoonlijke contacten en er ontstonden ideeën over het belang van samenwerking tussen overheden, bedrijfsleven, kennis en onderwijs. Na een aantal jaren met verkennende onderzoeken en inspirerende bijeenkomsten, ontstond een concrete kans. Namelijk het vormgeven van een broedplaats gericht op innovatieve vormen van zoetwatervoorziening voor agrariërs. De resultaten die nu zichtbaar worden, komen voort uit deze broedplaats.
Het living lab is dus niet officieel opgericht, ook komt het niet uit de koker van één van de partijen. Het is ontstaan en heeft zich doorontwikkeld tot een living lab waarin een grootschalig zoetwaterprogramma wordt uitgevoerd. In die zin is het living lab ‘levend’; niet alleen doordat experimenten real-life worden uitgevoerd, maar de ontwikkeling van het living lab is ook ‘levend’.
Actiegericht
In living labs neemt leren een belangrijke plaats in. We willen leren van experimenteren met innovaties zoals bijvoorbeeld met nieuwe technieken om de zoetwaterlens te vergroten; welke technieken werken, in welke ondergrond en hoeveel water wordt opgeslagen. Een valkuil van living labs is echter dat er heel veel tijd en energie gaat naar leren, maar dat de daadwerkelijk innovaties niet worden gerealiseerd.
In het living lab Schouwen-Duiveland is bewust gekozen voor een actiegerichte aanpak. De inspanningen zijn gericht op het daadwerkelijk realiseren van verschillende maatregelen en innovaties. Er is aandacht voor leren, maar wel ondersteunend aan deze realisatie. Zo is er geen algemene kennisagenda, ook worden geen brede verkenningen naar maatregelen uitgevoerd. Wel is er monitoring van de aangelegde systemen en zijn er bijeenkomsten waarin kennis over de innovatieve technieken wordt gedeeld. Door actiegericht te zijn, is het resultaat van het living lab inmiddels ook concreet zichtbaar in het landelijk gebied van Schouwen-Duiveland; de schop is de grond in gegaan!
Wederkerig
Wanneer het gaat over living labs wordt het belang van goede samenwerking benadrukt. Ook in dit living lab wordt de samenwerking positief en goed ervaren. Maar wat maakt de samenwerking nu goed? Elementen die helpen zijn gelijkwaardigheid, open communicatie over zowel goede als lastige zaken, betrouwbaar zijn, het lef hebben om net een stapje extra te zetten en bereikbaar te zijn.
De essentie lijkt vooral te zitten in de wederkerigheid van de samenwerking. Het valt op dat wanneer één van de deelnemers een stapje extra zet, de andere partijen dit ook doen. Zo betaalt iedereen mee, met een Rijksbijdrage, cofinanciering van gemeente, provincie en waterschap, en agrariërs die zelf een deel van de investering betalen. Vanuit alle partijen zien we extra lef, denk aan agrariërs die zelf experimenteren met stuwtjes, vergunningverleners die bij wijze van uitzondering innovatieve technieken toestaan en een gemeente die de regie over een onderwerp neemt dat niet tot haar kerntaken behoort. Op deze manier ontstaan wederkerige relaties en dragen de partijen het living lab gezamenlijk; het is óns living lab.
De beweging voortzetten
Op de vraag naar de kracht van het living lab Schouwen-Duiveland, kwamen drie elementen naar voren:
• Een living lab is levend; het ontstaat van onderop en ontwikkelt zich in de tijd.
• Een living lab is actiegericht, het leren is hieraan ondersteunend.
• Een living lab is gebaseerd op wederkerige relaties en inzet.
Het succes van het living lab Schouwen-Duiveland betekent overigens niet dat alles goed gaat. Een uitdaging voor het living lab is het voortzetten van de beweging. Er is een beweging ingezet, gericht op innovatieve zoetwatervoorziening voor de agrariërs. Het voortzetten is niet vanzelfsprekend. Daarbij is ook sprake van een groot aantal opgaven in het landelijk gebied. Op dit moment wordt het vervolg verkend, ook in relatie tot de complexe opgaven en transities. Voortzetten van de beweging is de grote uitdaging voor het living lab. Niet vanuit andere agenda’s of dwingende programma’s, maar vanuit de actiegerichte en wederkerige kracht van óns living lab!
Dit project is een onderdeel van de Broedplaats Zoet Water Schouwen-Duiveland. Het is mogelijk gemaakt met steun van het Interbestuurlijk Programma Vitaal Platteland Zuidwestelijke Delta (IBP-VP-ZWD) en subsidie van provincie Zeeland.