Testlocaties voor combinatieteelt van zeewier en mosselen

9 november 2021

Het project ZEEMOS is zijn tweede jaar ingegaan. HZ University of Applied Sciences voert dit project uit samen met Stichting Zeeschelp en een vijftal zeewier en mosselhangcultuur bedrijven. ZEEMOS richt zich op de combinatie van ZEEwierteelt en hangcultuurMOSselen.

Schelpdieren worden al langere tijd gekweekt in Oosterschelde, Grevelingen en Veerse Meer. Op een aantal van deze productielocaties wordt onderzocht of de combinatie van de teelt van mosselen en de relatieve nieuwe kweek van zeewier een meerwaarde kan opleveren. Bijvoorbeeld een hogere opbrengst voor beiden.

Uitzoeken of de combinatie in de praktijk werkt
Zeewier en mosselen nemen tenslotte verschillende posities in de voedselketen in. Zeewier heeft licht en opgeloste voedingstoffen nodig om te groeien. Terwijl mosselen leven van het filtreren van microalgen uit het water. Door het filtreren van het water wordt bijvoorbeeld het water helderder en wat kan zorgen voor betere licht omstandigheden voor de groei van zeewier. Het zou echter ook kunnen dat mosselen en zeewier elkaar indirect beconcurreren omdat de microalgen, het voedsel voor de schelpdieren, van dezelfde opgeloste voedingstoffen leven als het zeewier.
Steeds vaker lezen we ook over plannen om rond de windmolenparken op de Noordzee mosselen en zeewier productie te combineren. Hoe de combinatie in de praktijk werkt is echter nog nauwelijks uitgetest. En het lijkt erop of de meerwaarde van de combinatie afhangt van de lokale productiesituatie: veel doorstroming en aanvoer van voedingstoffen en microalgen of niet.

Oogst van suikerwier

Monitoring op de productielocaties
In het afgelopen zeewiergroeiseizoen dat van oktober tot en met mei duurt, zijn de drie productielocaties Vluchthaven (Neeltje Jans, Noordzeezijde), Mattenhaven (Neeltje Jans, Oosterscheldezijde) en Veerse Meer uitgebreid gemonitord. En is in kaart gebracht wat de verversingssnelheid en voedselbeschikbaarheid was op verschillende plaatsen in en buiten de mossellijnen, dit werd o.a. gemeten met chlorofylmeters. Daarnaast zijn er op beperkte schaal lijnen met kiemplanten van het zeewier Suikerwier (Saccharina lattisima) opgehangen.

Uit de resultaten blijkt dat mosselen en zeewier uitstekend groeien op de drie locaties. Het water op de locatie op Neeltje Jans wordt ieder 8 - 12 uur onder invloed van getijde ververst. De invloed van de mosselactiviteit op de samenstelling van het water (helderheid) blijkt redelijk beperkt te blijven.

In dit komende groeiseizoen zal op grotere schaal zeewier worden opgehangen op verschillende plekken op locatie Mattenhaven. Dit om zo de onderlinge beïnvloeding van mosselen en zeewier in kaart te brengen. Daarnaast wordt systematisch de groei van het suikerwier gemeten. Behalve rond Neeltje Jans en het Veerse Meer, worden ook alle relevante waterkwaliteitsparameters uitgebreid gevolgd op de zeewier productielocatie Schelphoek. Aan de hand van de resultaten uit dit tweede projectjaar komen we dichter bij het antwoord op de vraag of de combinatieteelt van mosselen en zeewier een meerwaarde kan opleveren.